Werking van de schildklier: de thermostaat van ons lichaam
Vraag je aan mensen wat het belangrijkste orgaan in het menselijk lichaam is, dan zeggen ze vermoedelijk het hart of de hersenen.
Een logisch antwoord, maar in feit zijn al onze organen van essentieel belang. Ons lichaam is namelijk een soort machine waarin elk onderdeel nodig is om goed te kunnen functioneren. Als daarin iets uit balans raakt, heeft dat grote gevolgen voor het geheel. Onze schildklier is een mooi voorbeeld van een orgaan dat veel mensen niet direct in gedachten hebben als ze nadenken over de vitale levensprocessen, maar dat juist een hele grote rol speelt.
De schildklier is een klein vlindervormig orgaan dat zich bevindt onderin de hals. Het produceert een hormoon dat we overal in ons lichaam nodig hebben. Dit hormoon speelt onder meer een rol bij onze stofwisseling, groei en mentale ontwikkeling. Maar dit houdt tevens in dat heel veel zaken in ons lichaam samenhangen met het correct functioneren van de schildklier. Je eetlust, de snelheid waarmee je het voedsel verbrandt, je lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddruk bijvoorbeeld. Maar ook de mate waarin je jezelf ergens op kun concentreren, de energie die je hebt om dingen te doen en je mentale stabiliteit worden door de schildklier beïnvloed. Een gezond mens met een normaal functionerende schildklier zal van dit alles niets merken, maar voor ongeveer een half miljoen Nederlanders geldt dat zij grote problemen ondervinden doordat er iets mis is met de schildklier.
De thermostaat van je lichaam
Je zou de werking van de schildklier kunnen vergelijken met de thermostaat van de verwarming. De thermostaat zet het verwarmingssysteem in werking wanneer de temperatuur onder een bepaalde drempelwaarde komt. Vervolgens warmt de ruimte op, waardoor uiteindelijk de maximale drempelwaarde wordt bereikt. Dat is het moment waarop de thermostaat opnieuw een signaal afgeeft en daarmee het verwarmingssysteem stopzet. In onze hersenen bevinden zich twee kleine organen, de hypothalamus en de hypofyse. Zij maken respectievelijk de stoffen TRH en TSH aan. Dit gebeurt op basis van de hoeveelheid schildklierhormoon in het bloed. Is er onvoldoende schildklierhormoon, dan zorgen deze stoffen ervoor dat de schildklier wat meer hormonen gaat produceren. Is er juist teveel van, dan worden deze stoffen niet geproduceerd en gaat de schildklier dus langzamer werken. Al met al is er door dit geavanceerde terugkoppelingssysteem altijd precies voldoende schildklierhormoon aanwezig.
Oorzaken van een niet-correct werkende schildklier
Er zijn diverse oorzaken mogelijk voor een niet-correct werkende schildklier. Op de eerste plaats kan een te eenzijdige voeding de boosdoener zijn. Om schildklierhormoon te kunnen aanmaken, heeft ons lichaam bijvoorbeeld jodium nodig. Dit krijgen we binnen via onze voeding. Het zit bijvoorbeeld in brood, maar ook in melk en eieren. Gemiddeld heeft een volwassene ongeveer 150 microgram jodium per dag nodig om de schildklier correct te kunnen laten werken. Om aan dat aantal te komen, zou je bijvoorbeeld vijf sneetjes brood en twee glazen melk moeten consumeren. Jodium zit echter ook in gejodeerd keukenzout, dus al met al krijgen we er gewoonlijk bij een normaal voedingspatroon voldoende van binnen. Het kan echter ook zijn dat er een tekort is van het aminozuur tyrosine. Die kans is minder groot, want dit zit in vrijwel alle eiwitrijke voedingsproducten. De schildklier produceert twee verschillende hormonen: T3 en T4. In sommige gevallen gebeurt dat echter niet in voldoende mate. We spreken dan van een te traag werkende schildklier. Dit kan een aangeboren afwijking zijn, maar het kan ook veroorzaakt worden door medicatie of door bestralingen. Een andere bekende oorzaak is de ziekte van Hashimoto, een auto-immuunziekte waarbij de schildklier chronisch ontstoken is.
Te traag of juist te snel
Hoewel van een te traag werkende schildklier het vaakst sprake is bij mensen met schildklierproblemen, kan het ook anders: te snel werkend. Naar schatting 130.000 mensen in Nederland kampen met dit probleem. Dit zorgt ervoor dat allerlei processen in je lichaam sneller verlopen dan de bedoeling is. Hierdoor kun je last krijgen van hartkloppingen, overmatig transpireren en een gejaagd gevoel. Ook kun je hierdoor in relatief korte tijd gewicht verliezen. Het spreekt voor zich dat zowel een te snel werkende als een te traag werkende schildklier niet fijn is. Er bestaan medicijnen die de effecten enigszins verlichten, maar iemand met een schildklieraandoening is veelal de rest van zijn leven aan deze medicijnen gebonden. Hoewel men daarmee goed in staat is om een zo normaal mogelijk leven te leiden, zullen hevige vermoeidheid en mentale instabiliteit wel vaak een rol blijven spelen.
Bloedwaarden
Bij een analyse van het bloed kan worden vastgesteld of de schildklier correct functioneert. Hierbij wordt gekeken naar de hoeveelheid TSH in het bloed. Dit is de stof die de hypofyse heeft aangemaakt. Wanneer namelijk de schildklier zijn werk niet goed doet, zal de hypofyse dat signaal interpreteren als alarmsignaal voor een gebrek aan schildklierhormoon en dus meer TSH aanmaken om de schildklier aan het werk te zetten. Bij een defecte schildklier heeft dat echter geen effect. In normale omstandigheden hoort de hoeveelheid TSH in je bloed tussen de 0,4 en 4,0 milli-eenheden per liter te zijn. Ligt de waarde (aanmerkelijk) hoger, dan duidt dat dus op een schildklierprobleem. Tegelijk bekijkt men ook de hoeveelheid T4 in het bloed. Die waarde behoort tussen 12 en 24 picomol per liter te zijn. Is deze waarde lager, dan heeft de schildklier kennelijk onvoldoende werk geleverd.